In de veertiende en vijftiende eeuw verbreidde de islam zich over de havensteden van Sumatra en Oost-Java. In steden zoals Demak, Tuban en Gresik werden centra van islamitisch onderwijs, studie en onderzoek gesticht. Zij vormden de thuisbasis voor moslim zendelingen die op zich namen om het geloof te prediken onder de ongelovigen. Zij droegen de titel maulana, eerwaarde heer.
De maulana’s zijn te vergelijken met de middeleeuwse monniken die het christendom in Noord-Europa verbreidden. Net als bij deze missionarissen in Europa zijn de namen van de islampredikers in de Molukken nog steeds bekend en worden hun graven als kramat of heilige plaats vereerd.
Baharullah was een van hen: hij is bekend gebleven als de eerste maulana die de islam op Ternate onderwees. Zijn komst ging samen met grote veranderingen. Nadat de vorst van Ternate zich tot de islam had bekeerd en de titel van sultan had aangenomen, volgden vele andere hoofden in zijn voetsporen. Naast het hof van de sultan, dat onderdak bood aan de vele mensen die in zijn hofhouding werkten, verrees een imponerende moskee. Aan de kust werd een pasar of marktplaats aangelegd. Daar stonden ook de magazijnen van de handelaren die zich op Ternate hadden gevestigd. De haven van Ternate ontwikkelde zich tot een levendig plaatsje, Gam-ma-lamo geheten. Het was een middelpunt van beschaving, handel en cultuur.